Vorige

Het ideale cadeau voor Moederdag? Wat extra vrije tijd…

De dienstencheques zijn ondertussen algemeen gekend. U sluit een contract met een erkende onderneming, die iemand stuurt om uw huis te poetsen of u gaat er langs om uw strijk af te zetten. En dat tegen betaling van het aantal cheques dat overeenkomt met het aantal uren dat er voor u werd gewerkt. U betaalt een fractie van de loonkost, de staat past bij. Sinds 2016 is het niet meer de federale overheid en de RVA die dit systeem beheren, maar zijn de regio’s bevoegd geworden. Wat is er veranderd sinds Vlaanderen, Brussel en Wallonië het voor het zeggen hebben?

De dienstencheques als tewerkstellingsmaatregel

Voor de gebruiker is de dienstencheque een goedkope manier om hulp in het huis te regelen, maar het systeem werd eigenlijk opgezet om mensen uit het zwartwerk of de werkloosheid te halen. De doelgroep die aan de slag zou kunnen gaan om te poetsen, strijken, boodschappen te doen of mindermobielen te vervoeren is dan ook die van de (deeltijds) werkzoekenden en de leefloners bij het OCMW. In Wallonië en Brussel moeten ondernemingen die hun erkenning willen behouden jaarlijks 60 procent uit deze doelgroep aanwerven. In Vlaanderen is die regel afgeschaft, waardoor de erkende onderneming kan aanwerven wie wil werken, zonder naar bepaalde profielen op zoek te moeten gaan.

Prestaties gebonden aan de regio

Woont u in Vlaanderen, dan zal u een beroep moeten doen op een erkende onderneming die erkend werd door de Vlaamse overheid. In Brussel en Wallonië idem. De officiële woonplaats of domicilie van de gebruiker bepaalt bijgevolg welke ondernemingen hun diensten kunnen aanbieden. Wil een erkende onderneming over heel België actief zijn, dan zal ze in de verschillende regio’s vestigingen moeten hebben en voor al deze vestigingen een erkenning aanvragen.

In Brussel werd wel een uitzondering gemaakt voor diplomaten. Hoewel zij vrijgesteld zijn van de verplichting om zich te domiciliëren, kunnen zij toch gebruik maken van de dienstencheques. Ook Brusselaars die een tweede verblijf hebben, kunnen dit verblijf laten poetsen met behulp van dienstencheques.

De bevoegde overheid

Waar vroeger de RVA bevoegd was, is dit nu de regionale overheid. Zij hebben de erkenning en de controle overgenomen en ook het opleidingsfonds waar ondernemingen terugbetaling kunnen krijgen van de kosten om hun personeel op te leiden en bij te scholen.

De controle gebeurt door de regionale inspectiediensten en de straffen die zij kunnen opleggen aan de bedrijven verschilt ook van regio tot regio.

De fiscale aftrekbaarheid voor de gebruiker

Hoewel de prijs voor de dienstencheques dezelfde is gebleven in het hele land, namelijk 9 euro voor de eerste 400 cheques en 10 euro voor de volgende 100, zijn er verschillen gekomen wat de fiscale aftrek betreft.

Regio Aftrek Maximaal aantal cheques Prijs na aftrek
Vlaanderen 2,70 euro 156 6,30 euro
Wallonië 0,9 euro 150 8,10 euro
Brussel 1,35 euro 156 7,65 euro

U leest het hierboven allemaal goed. Niet alleen voor de gebruiker is er een en ander veranderd, ook voor de erkende ondernemingen. Wil u dienstencheques gebruiken of starten met een erkende onderneming? Dan informeert u zich best bij de bevoegde regionale overheid.

Deel dit artikel