Wettelijk pensioen als zelfstandige

Wettelijk pensioen als zelfstandige

Als zelfstandige heb je recht op een pensioen dat wordt opgebouwd door middel van de sociale bijdragen die je tijdens je loopbaan betaalt. Dit biedt jou de mogelijkheid om na je actieve carrière te kunnen rekenen op een maandelijks pensioenbedrag. Het exacte bedrag hangt af van verschillende factoren. Naast het wettelijk rustpensioen zijn er echter nog andere vormen van pensioen waar je als zelfstandige van op de hoogte moet zijn. Acerta heeft ze voor jou overzichtelijk op een rij gezet! Ontdek welke pensioenmogelijkheden er voor jou als zelfstandige zijn en bereid je voor op een financieel veilige toekomst.

Het wettelijke rustpensioen

De wettelijke pensioenleeftijd voor zelfstandigen is 65 jaar – voor vrouwen én mannen. Pas op: in 2025 wordt de pensioenleeftijd opgetrokken tot 66 jaar en in 2030 tot 67. 

Hoeveel wettelijk rustpensioen je zal ontvangen? Dat hangt af van verschillende factoren zoals je gezinssituatie en je beroepsinkomen. Wat belangrijk is voor de berekening van je pensioen, is hoe lang je hebt gewerkt. Vroeger bedroeg een volledige loopbaan 45 jaar. Sinds 2015 gelden de voltijds gewerkte dagen. Om aanspraak te maken op je volledige pensioen moeten er 14 040 gewerkte dagen op je teller staan. Anders is je pensioen lager.

Surf naar www.mypension.be om een idee te krijgen van je toekomstige pensioen.

Lees meer over het berekenen van je pensioen als zelfstandige

Lees meer over de wettelijke pensioenleeftijd

Het minimumpensioen

Het wettelijk minimumpensioen is een gegarandeerd basisbedrag dat aan zelfstandigen wordt toegekend als pensioenuitkering. Het is bedoeld als een vangnet om ervoor te zorgen dat zelfstandigen een minimale financiële ondersteuning hebben na hun actieve loopbaan. Het exacte bedrag van het minimumpensioen varieert jaarlijks en is afhankelijk van verschillende factoren, waaronder het aantal jaren dat u als zelfstandige heeft gewerkt en uw beroepsinkomsten.

Na een loopbaan van 45 jaar bedraagt het gewaarborgd minimumpensioen voor een alleenstaande zelfstandige 1 773,35 euro per maand. Het minimumgezinspensioen komt op 2 215,99 euro per maand. Om aanspraak te maken op het minimumpensioen, moet je een loopbaan van minstens 30/45 aantonen. Stel: je bent een alleenstaande zelfstandige met een loopbaan van 31/45, dan is je pensioenbedrag een fractie van bovenstaand bedrag. Als je loopbaan korter is dan 30/45, wordt je pensioen berekend op basis van je beroepsinkomen.

Heb je een gemengde loopbaan gehad? Dan mag je totale pensioenbedrag niet hoger zijn dan het minimumpensioen voor een volledige loopbaan. Indien je totale pensioen dit bedrag overschrijdt, zal het minimumpensioen worden verminderd met het overschot.

Het maximumpensioen

Het maximumpensioen is het hoogst mogelijke bedrag aan pensioenuitkering dat een zelfstandige kan ontvangen. Het wordt bepaald door een grens die is vastgesteld om ervoor te zorgen dat er geen buitensporige bedragen worden uitgekeerd.

Het maximumpensioen voor een alleenstaande zelfstandige met 45 loopbaanjaren bedraagt bruto 2 071,35 euro. Voor een gezinshoofd is dat 2 589,19 euro. Toch kan het zijn dat je netto minder ontvangt omdat er bij de uitbetaling soms inhoudingen gebeuren

Het vervroegd pensioen voor zelfstandigen

Wanneer je de vereiste minimumleeftijd en minimumloopbaan hebt bereikt, kan je ook als zelfstandige kiezen voor een vervroegd pensioen. 

Je kan vervroegd met pensioen vanaf:

  • 60 jaar, als je een loopbaan van 44 jaren kan aantonen.

  • 61 jaar, als je een loopbaan van 43 jaren kan aantonen;

  • 62 jaar, als je een loopbaan van 43 jaren kan aantonen;

  • 63 jaar, als je een loopbaan van 42 jaren kan aantonen;

Elk jaar waarin je als zelfstandige minstens twee kwartalen pensioenvormende bijdragen betaalde, tellen mee voor de loopbaanjaren. Ook elk jaar waarin je als werknemer of ambtenaar minstens 1/3de hebt gewerkt, tellen mee. Gelijkgestelde periodes zoals arbeidsongeschiktheid en legerdienst tellen ook mee, geregulariseerde studiejaren niet.

Om zeker te zijn van de leeftijd waarop je ten vroegste met pensioen mag gaan, controleer je best eerst www.mypension.be.

Het overlevingspensioen of overgangsuitkering

Een overlevingspensioen is een pensioen voor nabestaanden, van 49,5 jaar of ouder, na het overlijden van hun echtgeno(o)t(e). Dit wordt ook wel het weduwepensioen of weduwnaarspensioen genoemd. De leeftijdsgrens wordt geleidelijk opgetrokken door de overheid: in 2030 zal de minimumleeftijd voor het overlevingspensioen 55 jaar zijn. 

Weduwen of weduwnaars die jonger zijn, hebben recht op een overgangsuitkering. Deze is beperkt tot maximum 48 maanden.  

Het bedrag van je overlevingspensioen wordt bepaald door de beroepsloopbaan en de beroepsinkomsten van je overleden echtgeno(o)t(e). Als de overleden zelfstandige al gepensioneerd was, dan bedraagt het overlevingspensioen 80% van het gezinspensioen. De overgangsuitkering wordt op dezelfde manier berekend als het overlevingspensioen. Wanneer je hertrouwt, wordt je overlevingspensioen niet meer betaald. 

Op de website van het RSVZ vind je alle voorwaarden voor het overlevingspensioen terug.

Pensioen bij echtscheiding

Bij een echtscheiding kan je aanspraak maken op een echtscheidingspensioen voor de periode dat je getrouwd was met iemand die een zelfstandige activiteit uitoefende. Het echtscheidingspensioen zorgt ervoor dat je een eerlijk aandeel ontvangt van het pensioen dat tijdens de relatie is opgebouwd. De aanvraag gebeurt via het gemeentebestuur ten vroegste vanaf de twaalfde maand vóór de pensioenleeftijd. 

Er zijn een aantal voorwaarden waaraan moet worden voldaan: 

  • Je bent 65.

  • Je kan de beroepsloopbaan van je ex-echtgeno(o)t(e) als zelfstandige of helper bewijzen vanaf het kwartaal dat jullie getrouwd zijn tot en met kwartaal waarin jullie gescheiden zijn.

  • Elk jaar komt in aanmerking, ook als je voor datzelfde jaar een eigen rustpensioen als zelfstandige of helper krijgt.

  • Je mag het ouderlijk gezag niet kwijt zijn.

  • Je mag niet opnieuw getrouwd zijn.

  • Je mag niet veroordeeld zijn om je ex-echtgeno(o)t(e) naar het leven gestaan te hebben.

  • Je mag geen aanspraak maken op een overlevingspensioen uit een vorig huwelijk.

Lees meer over het echtscheidingspensioen via de website van het RSVZ

Aanvullend pensioen voor zelfstandigen

Hoewel het wettelijk pensioen een belangrijke ondersteuning biedt, is het mogelijk om je pensioen te optimaliseren. Als zelfstandige kan je overwegen om aanvullend pensioen op te bouwen, zoals een vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen (VAPZ) of een sociaal VAPZ, een pensioenovereenkomst voor zelfstandigen (POZ), een RIZIV-toelage of een individuele pensioentoezegging (IPT). Deze extra pensioenvoorzieningen kunnen je helpen om jouw pensioeninkomen te verhogen en je levensstandaard na je loopbaan te verbeteren.